Relatie eCMR en overheid

Acceptatie van de elektronische vrachtbrief

De (elektronische) vrachtbrief is een instrument tussen vervoerspartijen. Daarnaast is de (elektronische) vrachtbrief in Nederland en veel andere landen een verplicht document. Bij controles onderweg en bij de douane gebruiken overheidsinstanties de informatie die op de vrachtbrief is ingevuld.

Hoe gaan overheidsinstanties met de eCMR om? Het gaat dan om vragen als:

  • Kan de Nederlandse overheid een eCMR weigeren?

  • Hoe zit dat elders in de EU?

  • Wat gaat er veranderen met de eFTI-Verordening?

  • Mag ADR-vervoer met een eCMR?

  • Accepteert de douane de eCMR als bewijs?

Acceptatie door overheid

Nee, overheidsinstanties moeten de elektronische vrachtbrief accepteren.

In Nederland is de overheid verplicht om de elektronische vrachtbrief te accepteren. Dat staat in artikel 15.3 van de Regeling Wegvervoer goederen (behorend bij de Wet Wegvervoer goederen).

Overheidsinstanties zijn bijvoorbeeld: douane, inspectie, politie.



Kan de elektronische vrachtbrief worden aangeboden als onderdeel van bewijs voor toepassing van het BTW-nultarief bij export, of bij intracommunautaire leveringen?

Als de vrachtbrief door de geadresseerde is ondertekent, dan kan de exporteur daarmee aantonen  dat de goederen daadwerkelijk Nederland hebben verlaten. Daarvoor maakt het niet uit of deze vrachtbrief op papier of elektronisch is uitgemaakt. Voor het bewijs bestaan geen vormvereisten met betrekking tot het bewijsmiddel. Voldoende is of de rechter het bewijsmiddel betrouwbaar vindt. 

De betrouwbaarheid van elektronische gegevens hangt samen met de vraag, in hoeverre integriteit (inhoud) en authenticiteit (wie zijn de betrokken partijen) gewaarborgd zijn.


Elektronisch vervoer document (EPD/EDI)
Op de website van Inspectie Leefomgeving en Transport (ILENT) staat aangegeven, dat ook voor het transport van gevaarlijke stoffen (ADR) een elektronische vrachtbrief is toegestaan. Dit geldt alleen binnen Nederland.

Elektronische vervoerdocumenten dienen te voldoen aan sectie 5.4.0 van het ADR. Voor wat betreft de eis van beschikbaarheid tijdens het vervoer zijn elektronische vervoerdocumenten toegestaan mits deze “ten minste gelijkwaardig zijn aan een papieren document”. Dit wordt als volgt uitgelegd: Het moet voor de Inspectie of een hulpverleningsdienst mogelijk zijn om zonder hulp van de chauffeur de informatie te ontsluiten. Dit kan bijvoorbeeld worden gerealiseerd door de in het elektronische apparaat te nemen stappen duidelijk op het apparaat te vermelden. Is de informatie niet gelijkwaardig beschikbaar ten opzichte van een papieren exemplaar, bijvoorbeeld doordat de batterij van het device leeg is, dan wordt er door de Inspectie gehandeld als zijnde dat er geen vervoerdocument aanwezig is. Het vervoerdocument hoeft niet onderweg uitprintbaar te zijn
(bron SVA ADR Vervoer | SVA)

eFTI verordening en eCMR

Een groot deel van de lidstaten van de EU heeft het eCMR protocol geratificeerd, dat wil zeggen is ook lid geworden van het eCMR protocol. In deze landen gaan wij ervan uit, dat er wetgeving is gemaakt zodat ook overheidsinstanties verplicht zijn de elektronische vrachtbrief te accepteren. 

Eén van de speerpunten van beleid in de EU is de digitalisering. EU-brede afspraken zijn daarvoor noodzakelijk. In de eFTI verordening is bepaald, dat vanaf 2025 alle overheidsinstanties in de lidstaten verplicht zijn om elektronische documenten te accepteren. 


In 2020 is de Europese electronic Freight Transport Information (eFTI) verordening in werking getreden. Inspectiediensten in Europese lidstaten, logistieke bedrijven en softwareleveranciers starten vanaf dat moment hun voorbereidingen. Met als doel het digitaliseren van de werkprocessen en het realiseren van de daarbij behorende IT voorzieningen om te voldoen aan de eFTI-verordening.

Controles op de binnenvaart, lucht, weg, spoor, gevaarlijke stoffen en afval zonder papieren vrachtinformatie? Vanaf 2025 is het werkelijkheid. Logistieke bedrijven kunnen vrachtinformatie dan digitaal beschikbaar stellen aan de overheid. De CMR en eCMR zijn documenten die een rol spelen bij handhaving en controles. Het ministerie van I&W heeft een projectteam geformeerd die bezig is met de voorbereidingen en implementatie van de eFTI. 


In augustus 2020 zijn de voorbereidingen m.b.t. de invoering van de eFTI verordening gestart. Het projectteam voor eFTI bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat begeleidt de overheden binnen de inspectie-, toezicht- en handhavingsketen en informeert het bedrijfsleven over de impact van eFTI op de huidige processen.

De samenwerking met de Europese Commissie (EC) staat hierin centraal. De EC stelt voor eFTI de functionele en technische specificaties vast in aanvullende wetgeving. Dit worden gedelegeerde en uitvoeringshandelingen genoemd.

De Europese Commissie heeft inmiddels al de eerste voorbereidende stappen gezet voor de uitwerking van de eFTI dataset en de functionele specificaties. Dit doet ze in nauwe samenwerking met een expertgroep met vertegenwoordigers vanuit bedrijfsleven en overheden, het Digital Transport and Logistics Forum (DTLF). De leden van deze expertgroep behartigen de belangen van haar achterban. Meer informatie vindt u op www.dtlf.eu.


Hoe raakt de eFTI-verordening het bedrijfsleven?
Voor logistieke bedrijven geldt vanaf 2025 (nog) geen verplichting om gegevens digitaal beschikbaar te stellen aan inspectiediensten. Wel is een enorme lastenverlichting haalbaar voor bedrijven die hiervoor kiezen. Met de eFTI-verordening wordt vastgelegd dat de partijen die kiezen voor het digitaal aanleveren van gegevens, dit op een geharmoniseerde manier via gecertificeerde eFTI- platformen en gecertificeerde softwareleveranciers moeten doen. Ook bestaande IT-platformen mogen worden gebruikt, mits ook zij gecertificeerd zijn. Zo weten bedrijven en overheidsorganisaties zeker dat de systemen en gegevens voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen. 
Voor IT-leveranciers liggen er kansen om de rol als eFTI-platform of als gecertificeerd software leverancier te vervullen. Ook dit vraagt om goede en vooral tijdige voorbereiding. De functionele en technische eisen aan het digitaal beschikbaar stellen van vrachtgegevens en bijbehorende eisen voor certificering worden tijdens de specificatiefase (2020 – 2023) vastgesteld door de Europese Commissie. Tijdens de realisatiefase kunnen zij hun werkprocessen en IT voorzieningen hierop inrichten en certificering aanvragen.
(Bron ministerie I&W)
lees ook: 4 vragen over de eFTI verordening